Doorgaan naar hoofdcontent

.... en als bonus een filmpje met rucola in de hoofdrol

(Proloog)
Gisterochtend ontwaakte ik met een vreemde pijn in mijn rechterpols. Een pijn die erger werd als ik iets oppakte en ondraaglijk werd bij het maken van een bepaalde draai van mijn hand.
Raar, dacht ik. Had ik er misschien verkeerd op gelegen? Of was dit nu.....RSI? (Ik zit maar 18 uur per etmaal met mijn hand op een touchpad, dus dat kan dan toch haast niet?)


*

Gisteravond hadden we een feest.
In een café.
En ik beging een gruwelijke fout. Ik wilde naar het feest mijn nieuwe, überhippe, supercoole door 90% van de mensen onbegrepen harembroek aan. Drollenvanger. Broek met het kruis tussen de knieeën. U weet wel.
En nee, dat was niet de fout. Hoewel 90% van de mensen dat wellicht met mij oneens is.
Bij het schoeisel, daar ging het mis.
Ik besloot – voor het feestelijke effect – mijn zwarte hoogehakte enkellaarsjes aan te doen. Die ik drie jaar geleden eens had gekocht en eigenlijk nog nooit had gedragen. En ik weet nu waarom.
Toen ik ze aantrok dacht ik al: oei. Maar ik dacht tegelijkertijd: het lukt wel. Kwestie van even wennen. Een beetje inlopen. Een paar biertjes en ik voel die voeten niet meer, of hoogstens nog een beetje. Wie mooi wil zijn moet pijn lijden. En meer van dat al.
Nou, mooi niet.
Na een paar uur op het feest te hebben gestaan en dansend de pijn te hebben verbeten ging het niet meer.
Ze. Moesten. Uit.
Dus ik danste verder op sokken. (Het vergt even een andere mind-set, maar dan kunnen sokken ook best feestelijk zijn.)

Op een bepaald moment gingen we weg. Naar een soort van afterparty, bij de ‘feestgevers’ thuis. Dus ik propte mijn voeten rücksichtlos weer in de gewreekte laarsjes. My God. Alsof ze 5 maten te klein waren! Het was onvoorstelbaar hoe ik eerder die avond nog had kunnen denken dat ik het wel zou redden. Ik strompelde over straat. Ik hinkte, ik zwikte, ik schuifelde. Kermend.
Drink ik een keer niet te veel op een feestje, heb ik dit.
Tot overmaat van ramp moest ik ze ruim een uur later, na (op kousevoeten, duh) bij een knapperend haardvuur te hebben gezeten, nógmaals opnieuw aantrekken.
‘Ik doe het niet, ik ga wel op sokken door de sneeuw,’ riep ik. Maar dat mocht niet. Van men. Want ik zou maar ziek worden. En gehoorzaam als ik ben... enfin. De terugweg (achterop de fiets bij Henk hoor, niet dat u denkt dat ik het hele eind moest lopen – dat had echt niet gekund) was een hel. Ik wilde maar één ding: laarzen uit en naar bed. En dan lekker een beetje wiebelen met mijn tenen onder de dekens.

Maar dat viel tegen. Het verlossende gevoel waar ik zo naar had verlangd kwam niet. Blijkbaar had ik de laarsjes echt één keer te vaak opnieuw aangedaan. De pijn bleef. Wiebelen met mijn tenen was onmogelijk; het voelde alsof ik een dag lang over een spijkerbed heen en weer had gelopen. Pas na een half uur zakte de pijn wat en viel ik in slaap.
For about half an hour. Want toen werd Loïs wakker.
Ik sprong automatisch uit bed en liep de drie stappen naar haar bedje om haar op te pakken.
AAAAAARGH! Excruciating pain! AAAARGH!
Alsof iemand de ballen van mijn voeten met een mes aan het bewerken was. (De ballen van mijn voeten??)
Verschrikkelijk.
Goed.
Uiteindelijk viel ik dan echt in slaap.
En toen ik vanmorgen wakker werd - herinnert u zich de proloog nog? - merkte ik dat nu niet alleen mijn rechterpols, maar ook mijn linkerpols pijn deed. Nah, dacht ik. En ook: jeuh, geen RSI maar gewoon reuma.

En toen herinnerde ik me mijn voeten. En ik probeerde ze voorzichtig te bewegen.
Dat ging en vol goede moed zette ik mijn benen op de grond.
Shit.
Mijn voetzolen waren gekneusd, leek het wel. En rood en gezwollen bovendien, bleek bij nadere inspectie.
Op de zijkant van mijn voeten waggelde ik naar de douche: auauauauau.
Ik draaide de kraan open: auauauau.
Mensen, ik leek wel een oud wijf. Met pijn in mijn handen en pijn in mijn voeten.
Heb ik een keer geen kater na een een feestje, heb ik dit.

Maar was het een leuk feestje?
Ja, het was een leuk feestje.

Hier, voor mij persoonlijk, een van de hoogtepunten: