Doorgaan naar hoofdcontent

Hemangioom

Loïs heeft een aardbeienvlek, oftewel een hemangioom.
Toen ze net geboren was zagen we een klein rood vlekje op haar achterhoofd. Een leuk vlekje, vonden we. Omdat het precies op een handje leek. Met 5 vingertjes. Alsof iemand haar had gezegend, ofzoiets. "Het is vast een heel bijzonder kindje," zeiden we.
Maar na een week of wat begon dat vlekje ineens te groeien. Het werd langzaam groter. En dikker. Dus we sloegen aan het googlen en al snel waren we erachter dat het hier een aardbeienvlek betrof, een goedaardige bloedvattumor. Een onschuldige birthmark, die net als de ooievaarsbeet meestal vanzelf weer verdwijnt.
Op het consultatiebureau waren ze ook niet onder de indruk. "O, een aardbeienvlek," zeiden ze. "Gaat vanzelf weer weg hoor".
Okee, we waren gerustgesteld.
Hoewel, nog niet helemáál. Want het hemangioom van Loïs zat nog steeds in de groeifase, en je weet niet waar zoiets stopt hè. En we hadden gelezen dat een hemangioom in een enkel geval wél problemen geeft. Als het heel erg groot wordt, bijvoorbeeld. Dan kunnen er heel pijnlijke wonden ontstaan. Dan is er soms chirurgie nodig, maar bijna geen arts durft dat aan omdat er nogal wat risico’s verbonden zijn aan het opereren in zo’n bloedvatgebied.
Dus dat bleef wel een beetje spelen, in ons achterhoofd. Ook weer niet te erg hoor: we lieten onze roze wolk er niet door verpesten. En ik was eerlijk gezegd allang blij dat de vlek op haar achterhoofd zat en niet pontificaal in haar mooie gezichtje (ik had, laat ik het zo zeggen, een heleboel foto’s gezien op internet). Bovendien hoefden we het hierdoor lekker niet aan de hele wereld te vertellen; ze lag toch op haar rug in de kinderwagen. En als ik haar optilde om te voeden en ik had geen zin om het erover te hebben, zorgde ik gewoon dat ze een mutsje op had, of een capuchonnetje.

Toen Loïs 5 maanden was ging het hemangioom ineens ontsteken. Er verschenen korstjes en de plek voelde steeds warmer aan. Omdat ik inmiddels een expert was geworden (ik sla altijd wat door; als iets mijn interesse heeft gewekt lees ik alles wat los en vast zit over het onderwerp) wist ik dat een hemangioom soms versneld verdwijnt, en dat dat dan vaak gepaard gaat met een zweer. Hee, dacht ik.
De huisarts, die een antibioticakuur voorschreef, wist hier niets van en deed zorgelijk.
Ik zei dat dat niet hoefde.
En ik kreeg gelijk. Want toen de ontsteking was genezen was de zwelling gehalveerd en veel lichter van kleur geworden.

Loïs is nu 11 maanden, en de bult zit er nog, maar is duidelijk op zijn retour. Hij valt mij niet eens meer op. Ik zie hem alleen nog als iemand me erop wijst, door uit te roepen: “Wat hééft ze dáár!". (Want ze ligt natuurlijk al lang niet meer op haar rug in de kinderwagen en ze hoeft al lang niet meer krampachtig een capuchonnetje op.)
Dan haal ik mijn schouders op en antwoord: ‘Oh, dat is een aardbeienvlek. Gaat vanzelf weer weg.’

(Fijn hè.)