‘Novy, jij hebt echt de aandachtsspanne van een doperwt,’ zei iemand op vakantie tegen me, op een overvol terras. Onmiddellijk begonnen mensen bij te vallen: ‘Ja Novy, je bent echt verschrikkelijk!’
Twee tellen was ik van mijn stuk gebracht en toen moest ik heel hard lachen. Want het is zo ontzettend waar!
Ik bén verschrikkelijk. Ik onderbreek mensen midden in hun verhaal om zelf iets belangwekkends te vertellen, of richt zomaar ineens mijn aandacht op iets of iemand anders. En meestal heb ik dat niet eens door. Maar ja, zo is het: altijd aan een half woord genoeg. En door.
Als ik in deze tijd kind was geweest had ik hoogstwaarschijnlijk het stempel adhd gekregen. Of add in elk geval. (Want hyperactief ben ik alleen maar eh.. soms.)
In plaats daarvan hebben ze op de lagere school maar wat met me doorgeploeterd, zonder rugzakje of PGB of whatever, tot ze me na 6 jaar eindelijk naar buiten konden schuiven met een Mavo-advies in mijn eindrapport. (Wat ik overigens niet opvolgde, want hé: naast concentratiegestoord ben ik gelukkig ook zeer eigenwijs.)
En toch, weet u, ik ben d’r niet van. Van al dat gestempel en gediagnosticeer en dat in hokjes gestop. Eigenlijk. Het lijkt me dat het vooral makkelijk is om je achter te kunnen verschuilen. ‘Ja sorry, ik heb mijn huiswerk niet gedaan, want ja, ik heb adhd hè.’ Hoewel – voor u nu massaal over me heen valt - ik er natuurlijk geen verstand van heb en het in bepaalde gevallen vast heel zinvol kan zijn.
Wat ik eigenlijk bedoel is: ik ben blij dat ik nooit zo’n stempel heb gekregen.
Adhd? Ik? Nee hoor. Ik ben gewoon nogal chaotisch en snel afgeleid. En soms een beetje druk.
Zo is mijn karakter.
Twee tellen was ik van mijn stuk gebracht en toen moest ik heel hard lachen. Want het is zo ontzettend waar!
Ik bén verschrikkelijk. Ik onderbreek mensen midden in hun verhaal om zelf iets belangwekkends te vertellen, of richt zomaar ineens mijn aandacht op iets of iemand anders. En meestal heb ik dat niet eens door. Maar ja, zo is het: altijd aan een half woord genoeg. En door.
Als ik in deze tijd kind was geweest had ik hoogstwaarschijnlijk het stempel adhd gekregen. Of add in elk geval. (Want hyperactief ben ik alleen maar eh.. soms.)
In plaats daarvan hebben ze op de lagere school maar wat met me doorgeploeterd, zonder rugzakje of PGB of whatever, tot ze me na 6 jaar eindelijk naar buiten konden schuiven met een Mavo-advies in mijn eindrapport. (Wat ik overigens niet opvolgde, want hé: naast concentratiegestoord ben ik gelukkig ook zeer eigenwijs.)
En toch, weet u, ik ben d’r niet van. Van al dat gestempel en gediagnosticeer en dat in hokjes gestop. Eigenlijk. Het lijkt me dat het vooral makkelijk is om je achter te kunnen verschuilen. ‘Ja sorry, ik heb mijn huiswerk niet gedaan, want ja, ik heb adhd hè.’ Hoewel – voor u nu massaal over me heen valt - ik er natuurlijk geen verstand van heb en het in bepaalde gevallen vast heel zinvol kan zijn.
Wat ik eigenlijk bedoel is: ik ben blij dat ik nooit zo’n stempel heb gekregen.
Adhd? Ik? Nee hoor. Ik ben gewoon nogal chaotisch en snel afgeleid. En soms een beetje druk.
Zo is mijn karakter.
(Grijns)