Doorgaan naar hoofdcontent

Dat is potdorie mijn spelletje!

‘Ik moest aan je denken,’ twitterde een vriend laatst.




Ja, me dunkt dat hij aan mij moest denken! DAT IS POTDORIE MIJN SPELLETJE!
Want klik, dit schreef ik op 24 augustus 2011.

Ze heeft het gewoon van me gejat, dacht ik nuffig. Maar tegelijkertijd wist ik dat dat niet waar was. Het ligt veel meer voor de hand dat Paulien Cornelisse inderdaad hetzelfde spelletje speelt.
Want we hebben een beetje hetzelfde hoofd. Dat durf ik te beweren.
Ik denk dat ik zo’n beetje de laatste was die haar boekje las. Omdat ik niet zo hou van dingen die iedereen al doet en omdat ik onbewust waarschijnlijk iets had van: ‘Oja, oja? Nou, toevallig is taal ook best mijn ding, zeg maar. Dus pff.’
Uiteindelijk las ik het natuurlijk toch en ik moest er heel hard om lachen. Hahaaa! Echt, op bijna elke bladzijde was het raak. Een groot feest der herkenning. (Terwijl herkenning natuurlijk een vreselijk jeukwoord is. ‘Ik vond zoveel herkenning in die film van Woody Allen’. Ieuw. Om het maar helemaal niet te hebben over ‘een stukje herkenning’.)
Maar echt, ik zou het boekje geschreven kunnen hebben  ze zou het boekje speciaal voor mij geschreven kunnen hebben.
Ik ben zeg maar die opening in de vormenstoof waar het vormpje Paulien precies in past.
Nja. Nou klinkt het weer bijna alsof ik fan ben. En ik ben natuurlijk van niemand fan. Nee zeg.
Maar het is zo: als iemand me aan het lachen kan maken krijgt ie een hoge notering.
Eigenlijk ben ik natuurlijk gewoon een beetje jaloers.
Omdat ze grappiger is dan ik.
En vijf jaar jonger.
En op een podium durft te staan.
Ook al zit mijn haar dan beter.

En toen ging ik maar even wat googlen. En vond een recente column van Paulien Cornelisse op ncrnext.nl.
En ging gehoorzaam ‘vocal fry’ intikken op youtube.
Haha.
Zo suf.