Doorgaan naar hoofdcontent

Handlezen

Weet u eigenlijk dat ik ‘s Nederlands beroemdste handlezeres tot mijn dierbare kennissen mag rekenen?
Ze heet Ellen Duim, heeft een succesvolle praktijk in Amsterdam en is een fantastisch leuk mens. We leerden haar en haar gezin kennen op een camping in Frankrijk. Ze heeft mijn handen gelezen (een eer, want ze werkt natuurlijk niet op vakantie) en daar sloeg ik stijl van achterover. We zaten aan een picknicktafel op een stil plekje van de camping en ik heb, werkelijk waar, tranen met tuiten gehuild. En dat is nogal wat voor een Novy; als u me een beetje kent weet u dat ik al de slappe lach krijg van het woord yoga.

Ellen staat in het laatst verschenen nummer van het ‘Hoe overleef ik’ tijdschrift, dat Bo tussen haar pakjes vond vanavond. Daarin leest ze Francine Oomens handen. Heel leuk.

Meteen bekeek ik natuurlijk maar weer eens mijn eigen handen.




Nou kan ik niet handlezen dus ik ben veel te kort door de bocht, maar kijk, in mijn hand raken de levenslijn (geel) en de hoofdlijn (rood) elkaar niet. Bij lange na niet. Dat dat zo is weet ik al een hele tijd, omdat me jaren geleden al is opgevallen dat bij de meeste mensen die lijnen samenkomen, zo onder de wijsvinger. Ik had alleen geen idee of dat iets te betekenen had en wat dan, eventueel.
Maar nu las ik dus in dat tijdschriftje van Bo dat als die twee lijnen elkaar niet raken, dat betekent dat je veel ruimte nodig hebt. Dat je er niet tegen kan als je geclaimd wordt.
Nja, dat klopt wel aardig. Ik ben nogal - hoe zeg je dat - solitair.

Dus ik rende net naar boven, om de slapende handjes van mijn kinderen te bekijken.
Ik wist het natuurlijk al: Bij Merlijn zouden de lijnen samenkomen en bij Bo zeker niet.
Het klopte.
Maar bij Loïs.... ? Ik opende haar handje, zag de lijnen ... samenkomen ... en slaakte een zucht van opluchting. En vroeg me onmiddellijk af: Waarom? Denk ik - blijkbaar - dat het leven makkelijker is als je mensen dichterbij laat komen?