Elke winter word ik tien jaar ouder.
Gelukkig krijg ik er in de zomer telkens weer negen terug.
Tot nu toe, tenminste. Ik heb er eerlijk gezegd een beetje een hard hoofd in, dit jaar.
Ik trek het niet meer zo goed, mensen! Deze winter. Dit voortdurende lagedrukgebied.
Een paar dagen geleden las ik op Twitter allemaal opgetogen berichten over ‘een heerlijke zonnige middag waarop het wel lente leek.’ Nou. Hier in Groningen niet hoor.
Het is grijs, grijs, grijs.
En in mijn hoofd is het ook grijs.
Niks dramatisch hoor.
(Maakt u zich vooral geen zorgen.)
Ik kan u trouwens wel een paar tips geven, inmiddels!
Heeft u last van een milde winterdepressie, luister dan beter niet naar Thom Yorke. (U weet wel, de zanger van Radiohead, die ook solodingen doet.) Dat helpt niet. De muziek is prachtig, om niet te zeggen geniaal, maar het biedt geen enkele hoop.
Wat u beter ook niet kunt doen is naar dit filmpje kijken. Dan wordt u namelijk misselijk van ellende en dat wilt u vermijden.
Een natuurdocumentaire van een minder akelige soort is Chimpanzee. Die zagen we in de bioscoop. Ik vond het een verademing: een keertje geen luidruchtige tekenfilm of 3D toestanden, maar gewoon met de kinderen naar een natuurdocumentaire. Enigszins op z’n disneys geromantiseerd, maar toch. Mooi man, die beelden van het oerwoud!
Dat de aftiteling vervolgens nog even moest vertellen dat de chimpanseepopulatie sinds 1960 met 80% is uitgedund, was dan wel een beetje jammer, maar toe maar.
O! Ja, dat moet ik ook nog even vertellen.
We zitten hier middenin de filmserie Twilight.
U denkt nu: Twilight? Novy, je hebt het toch niet over die lichtgroen-romantische bullshit over een groepje vegetarische vampiers?
Jawel, die bedoel ik. Op uitdrukkelijk verzoek van onze dochter on the edge of puberty (die overigens bij elke zoenscène haar ogen en oren dichtdoet).
Het is verschrikkelijk.
Maar we vermaken ons prima!
Loïs valt onmiddellijk in slaap, Henk ook, Merlijn griezelt lekker van de monsters, Bo geniet (ook van de momenten die ze niet hoort en ziet) en ik zeg om de haverklap misplaatst: ‘Ik vind de weerwolf toch leuker dan de vampier, geloof ik.’
Haha, family-time with the Mekkrings.
En nu het hier toch ineens op een filmrubriek begint te lijken: eergisteravond zag ik Extremely Loud and Incredibly Close. Want dat moest nog.
Als u hem nog niet gezien heeft: Ga dat doen! Het is een prachtige film.
En dan die plotselinge wending tegen het eind! Bam! Totaal in shock was ik, van zoiets moois. En net zoals bloed zich van schrik eerst even terugtrekt bij een plotselinge snee in je vinger, huilde ik pas de volgende ochtend.
Nog 53 dagen tot Hawaii.
Gelukkig krijg ik er in de zomer telkens weer negen terug.
Tot nu toe, tenminste. Ik heb er eerlijk gezegd een beetje een hard hoofd in, dit jaar.
Ik trek het niet meer zo goed, mensen! Deze winter. Dit voortdurende lagedrukgebied.
Een paar dagen geleden las ik op Twitter allemaal opgetogen berichten over ‘een heerlijke zonnige middag waarop het wel lente leek.’ Nou. Hier in Groningen niet hoor.
Het is grijs, grijs, grijs.
En in mijn hoofd is het ook grijs.
Niks dramatisch hoor.
(Maakt u zich vooral geen zorgen.)
Ik kan u trouwens wel een paar tips geven, inmiddels!
Heeft u last van een milde winterdepressie, luister dan beter niet naar Thom Yorke. (U weet wel, de zanger van Radiohead, die ook solodingen doet.) Dat helpt niet. De muziek is prachtig, om niet te zeggen geniaal, maar het biedt geen enkele hoop.
Wat u beter ook niet kunt doen is naar dit filmpje kijken. Dan wordt u namelijk misselijk van ellende en dat wilt u vermijden.
Een natuurdocumentaire van een minder akelige soort is Chimpanzee. Die zagen we in de bioscoop. Ik vond het een verademing: een keertje geen luidruchtige tekenfilm of 3D toestanden, maar gewoon met de kinderen naar een natuurdocumentaire. Enigszins op z’n disneys geromantiseerd, maar toch. Mooi man, die beelden van het oerwoud!
Dat de aftiteling vervolgens nog even moest vertellen dat de chimpanseepopulatie sinds 1960 met 80% is uitgedund, was dan wel een beetje jammer, maar toe maar.
O! Ja, dat moet ik ook nog even vertellen.
We zitten hier middenin de filmserie Twilight.
U denkt nu: Twilight? Novy, je hebt het toch niet over die lichtgroen-romantische bullshit over een groepje vegetarische vampiers?
Jawel, die bedoel ik. Op uitdrukkelijk verzoek van onze dochter on the edge of puberty (die overigens bij elke zoenscène haar ogen en oren dichtdoet).
Het is verschrikkelijk.
Maar we vermaken ons prima!
Loïs valt onmiddellijk in slaap, Henk ook, Merlijn griezelt lekker van de monsters, Bo geniet (ook van de momenten die ze niet hoort en ziet) en ik zeg om de haverklap misplaatst: ‘Ik vind de weerwolf toch leuker dan de vampier, geloof ik.’
Haha, family-time with the Mekkrings.
En nu het hier toch ineens op een filmrubriek begint te lijken: eergisteravond zag ik Extremely Loud and Incredibly Close. Want dat moest nog.
Als u hem nog niet gezien heeft: Ga dat doen! Het is een prachtige film.
En dan die plotselinge wending tegen het eind! Bam! Totaal in shock was ik, van zoiets moois. En net zoals bloed zich van schrik eerst even terugtrekt bij een plotselinge snee in je vinger, huilde ik pas de volgende ochtend.
Nog 53 dagen tot Hawaii.