Doorgaan naar hoofdcontent

Ezelsbruggetje: braad die poes

'Mijn spreekbeurt gaat over de luiaard.
De luiaard is heel erg lui.
Of eigenlijk: heel erg langzaam.
In 1 minuut komt hij maar 2 meter vooruit!

Er zijn twee soorten luiaards: de tweevingerige luiaard en de drievingerige luiaard.
De drievingerige luiaard komt meer voor en daar ga ik het nu over hebben.
Dit is de drievingerige luiaard. Kijk maar, drie vingers. De latijnse naam van deze luiaard is Bradipus tridactylus.
Hij is ongeveer een halve meter groot en weegt tussen de 2 en 5 kilo.
Hij kan 40 jaar worden.

De luiaard woont in Zuid-Amerika.



De luiaard hangt de hele dag. Met vier poten aan een tak. Hij kan ook aan twee poten hangen maar dat doet hij liever niet want daar wordt hij moe van.
Hij eet ondersteboven, slaapt ondersteboven en verplaatst zich ondersteboven. Hij ziet de wereld meestal op zijn kop.
De luiaard is een herbivoor: hij eet alleen bladeren van bomen. De luiaard leeft dus tussen zijn eten.
Hij heeft lange armen waarmee hij takken kan pakken die ver weg hangen.
Hij plukt de bladeren niet met zijn klauwen, maar met zijn lippen en tanden.

Hij hoeft maar één keer in de week te poepen. Daarvoor moet hij helemaal naar beneden klimmen, dat is heel vermoeiend. Hij graaft een kuiltje in de bodem en daar poept hij dan in. De luiaard is heel onhandig op de grond. Hij kan bijna niet lopen. Daarom klimt hij na het poepen snel weer de boom in.
Nouja, snel...



De luiaard heeft een stekelharige vacht. Daar wonen veel beestjes in. Vooral algen. Die geven de vacht een groene kleur. Dat is weer handig voor de luiaard, want dat is een goede schutkleur tussen de bladeren.

De luiaard is een zoogdier.
Een vrouwtjesluiaard krijgt altijd maar 1 kind.
Een luiaardbaby heeft meteen al sterke armen, waarmee hij zich goed vast kan houden aan zijn moeder. Dit doet hij 6 maanden lang, daarna gaat hij zelfstandig verder.





Luiaardbaby's zijn heel lief, je kunt er mee knuffelen.






Heeft iemand vragen?'